Voor de vijfde keer die nacht kom ik met de sleutel binnen. Nu met de schouwarts achter me aan die ik toevallig bij aankomst buiten trof.
In het huis is geen geluid meer te horen van een zware ademhaling of een geroep naar Hans; haar steun en toeverlaat. In de slaapkamer vind ik Hans die de lakens van het bed staat glad te strijken. Hij kijkt even op als ik binnen kom. Al ken ik Hans nog geen 24 uur, het voelt alsof we elkaar al veel langer kennen. Dit keer zie ik hem haar handen niet meer vast houden, zeggen dat hij er voor haar is, haar te zeggen dat het allemaal goed is zo. Het is helemaal stil.
Ik condoleer Hans, die de hele dag en nacht op is geweest voor zijn vrouw, midden in de nacht nog worstjes in een steelpannetje heeft staan opwarmen met de vraag of ik ook trek had, met het onvermogen om rust te vinden. De achteruitgang van zijn vrouw ging dusdanig snel; er was geen tijd voor extra nachtzorg. Het waren Hans en ik alleen in de storm. Ik kijk nog even naar haar. Het is alsof de tijd stil staat.
Nadat de schouwarts vertrokken is en ik met mijn handschoenen aan klaar sta om met Hans de laatste zorg te geven, komt Hans aangesjokt met twee aanlokkelijk grote cappuccino’s vol opgeklopt melkschuim. We gaan aan de eettafel zitten en ik luister. Ik doe mijn handschoenen uit en drink mijn koffie terwijl er meer dan zestig jaren vriendschap en huwelijk aan me voorbij gaan. Ook hier moet ik voor zijn.
Nadat er geluisterd is en de laatste zorg samen is volbracht, kijk ik naar Hans. Hij moet echt kapot moe zijn, maar kan zichtbaar geen rust vinden. Buiten is het nog donker maar wordt het geluid van het opkomend verkeer luider. Drukke dagen zullen nog volgen voor Hans om zijn vrouw een mooi afscheid te geven.
Hans blijft staan bij de deuropening en kijkt naar een stapeltje was aan zijn voeten. Dan trekt hij de deur van de wasmachine open en twijfelt bij een geel nachthemd in zijn ene hand en een lila paarse in de andere, getrokken uit een stapel met gebruikte handdoeken. Hij kijkt op en zegt me: ‘Ik heb haar al zo vaak gezegd dat ze het mij moet leren, maar het kwam er steeds niet van. Kan dit bij elkaar in de was?’

Mooie blog weer Ramona
Oh, wat mooi geschreven weer. Dank je wel.
Zucht…